Van alle mensen die besmet raken met de malariaparasiet blijkt een heel klein aantal een natuurlijke immuniteit tegen de ziekte hebben. Een internationaal onderzoeksteam, waaraan ook wetenschappers van Radboudumc deelnamen, is er nu in geslaagd om de antilichamen die deze mensen bezitten en hun werkingsmechanisme in kaart te brengen. Op basis van die bevindingen kunnen nieuwe vaccins ontwikkeld worden. Onlangs besteedde vakblad Immunity aandacht aan dit onderzoek in twee artikelen.
Door middel van een bloedtest die is ontwikkeld door onderzoekers van Radboudumc kan snel en eenvoudig vastgesteld worden of iemand daadwerkelijk aangeboren immuniteit tegen malaria bezit. Bloedserum van mensen wordt gemengd met gekweekte malariaparasieten en vervolgens worden daarmee muggen gevoed. En van enkele mensen blijkt het serum te voorkomen dat de parasieten de muggen infecteren.
Met de nieuwe testmethode werd het bloedserum van honderden mensen die aan malaria blootgesteld waren geweest onderzocht, vooral uit Afrika waar malaria endemisch is. Bij twee bloedmonsters werd een krachtige immuniteit tegen de ziekte vastgesteld; een van een jong meisje uit Oeganda, en eentje van een toevallig Nederlandse missionaris wiens bloed al dertig jaar ingevroren bewaard werd. Vervolgens werd onderzocht welke componenten in dit bloed de immuniteit veroorzaakten.
Er bleken meer dan 100 antilichamen in het spel te zijn die een rol konden spelen in de afweer tegen malaria. Al die antilichamen zijn geïsoleerd en apart getest in een laboratorium, om vast te stellen in hoeverre ze bescherming bieden tegen malaria. De wetenschappers focusten met name op het vaststellen tegen welke eiwitten de antilichamen actief waren, en zelfs op welk specifiek onderdeel van die eiwitten. Het bleek dat de krachtigste antilichamen allemaal gericht waren tegen dezelfde onderdelen van de eiwitten. Dat opent de deur naar de ontwikkeling van nieuwe vaccins.
Malaria eist jaarlijks ruim 600.000 levens wereldwijd, vooral van jonge kinderen. Een vaccin, dat voorkomt dat muggen besmet raken met de parasiet, wordt beschouwd als een essentiële factor in de strijd tegen de ziekte. Mogelijk is met het onderzoek door Nijmeegse wetenschappers en het bloed van een Nederlandse missionaris een grote stap gezet.
Referenties