Articles

Vaccinaties bij multiple sclerose: een systematische review

TvI - jaargang 16, nummer 6, december 2021

drs. W. Reintjes , N.T.T. van der Graaf , dr. J.L.A.N. Murk , dr. B.A. de Jong

SAMENVATTING

Patiënten met multiple sclerose (MS) en hun behandelaren hebben geregeld vragen over vaccinaties in relatie tot MS of de toepassing van ziektemodulerende therapie (‘disease modifying therapy’: DMT). Deze vragen gaan over zowel de veiligheid als de effectiviteit van veel toegepaste vaccinaties in Nederland. Het doel van deze systematische review is het bieden van een praktisch overzicht voor de klinische praktijk. Via PubMed werd een systematisch literatuuronderzoek uitgevoerd. De gebruikte zoekstrategie bestond uit het combineren van zoektermen gericht op MS, vaccinaties en DMT’s. De selectie vond plaats via vooraf vastgestelde criteria. Vervolgens werden artikelen geselecteerd op basis van relevantie. Uiteindelijk werden 50 artikelen geïncludeerd in deze studie. Over het algemeen worden niet-levende vaccins als veilig beschouwd voor MS-patiënten, in tegenstelling tot levend verzwakte vaccins, waarbij de veiligheid niet eenduidig is. Sommige DMT’s kunnen de effectiviteit van bepaalde vaccinaties verlagen. Over de meeste vaccinaties in relatie tot MS en DMT’s is echter weinig tot geen literatuur van voldoende kwaliteit beschikbaar.

(TIJDSCHR INFECT 2021;16(6):202–10)

Lees verder

Bofinfectie gevolgd door acute verwardheid en wanen

TvI - jaargang 16, nummer 3, juni 2021

drs. N. Van der Moeren , drs. J.H. van Tuijl , drs. M. Verseput , dr. J.L.A.N. Murk

SAMENVATTING

In het pre-vaccinatietijdperk werd bofencefalitis beschreven bij 0,02–0,5% van de bofinfecties. Tegenwoordig lijkt het in gevaccineerde populaties vrijwel verdwenen. Dit artikel beschrijft een Nederlandse, ongevaccineerde patiënt met een psychotisch beeld dat ontstond na het doormaken van een bofinfectie. Vanwege een passend klinisch beloop met spontaan gunstige evolutie, pleiocytose in de liquor, serologie passend bij een recentelijk doorgemaakte bofinfectie en het ontbreken van een alternatieve aanwijsbare oorzaak, lijkt de zeldzame diagnose van bofencefalitis in deze casus plausibel.

(TIJDSCHR INFECT 2021;16(3):92-5)

Lees verder

Wantai SARS-CoV-2-ELISA: een vergelijking tussen 33 Nederlandse laboratoria

TvI - jaargang 16, nummer 2, april 2021

F.M. Brouwer , ing. M.N. Hoogerwerf , dr. J.L.A.N. Murk , dr. A. Brandenburg , dr. M. van den Beld , dr. R. Moegling , dr. C.B.E.M. Reusken , ing. J.H.J. Reimerink

SAMENVATTING

In het licht van de huidige SARS-CoV-2-pandemie heeft de Nederlandse overheid een grote batch Wantai SARS-CoV-2-ELISA’s aangeschaft. Deze kits zijn verdeeld over verschillende laboratoria, in combinatie met een verificatiepanel van het RIVM. Van de 38 laboratoria hebben 33 laboratoria hun resultaten gerapporteerd. Samples met hoge ratio’s worden door alle laboratoria als positief geïdentificeerd; dit geldt niet voor positieve samples met lagere ratio’s. Een foutpositieve uitslag werd gerapporteerd door 1 laboratorium. Binnen de gerapporteerde samples bestaat een duidelijk verschil in ratio’s tussen de verschillende laboratoria. Deze rondzending kan bewustwording creëren van variatie tussen laboratoria en verschillende serologische platforms.

(TIJSCHR INFECT 2021;16(2):47-50)

Lees verder

Uw diagnose?

TvI - jaargang 16, nummer 2, april 2021

drs. R. van den Biggelaar , drs. J.J. Engel , dr. J.L.A.N. Murk , drs. M.A.H. Berrevoets

(TIJDSCHR INFECT 2021;16(2):67)

Lees verder

Infectie met mazelenvirus vermindert antistoffen tegen andere pathogenen

TvI - jaargang 15, nummer 1, februari 2020

dr. J.L.A.N. Murk

(TIJDSCHR INFECT 2020;15(1):35-6)

Lees verder

Kliniek en diagnostiek bij verdenking op een tekenencefalitis

TvI - jaargang 12, nummer 3, juni 2017

K. van der Straten , dr. D.H. van der Dussen , J. Reimerink , dr. J.L.A.N. Murk

SAMENVATTING

Sinds 2016 wordt Nederland gerekend tot de endemische gebieden van het tekenencefalitisvirus. Dit virus wordt door teken overgedragen en incidenteel via ongepasteuriseerde melk. De klinische presentatie is uiteenlopend, waarbij 70% van de infecties met het Europese type asymptomatisch verloopt. Symptomatische infecties beginnen meestal met griepachtige klachten die bestaan uit algehele malaise, hoofdpijn en temperatuursverhoging. Na een korte periode van herstel of aansluitend aan de griepachtige verschijnselen kunnen bij 20–30% van de patiënten opnieuw koorts en neurologische klachten ontstaan. In dit stadium van de ziekte heeft serologisch onderzoek de hoogste sensitiviteit. Bij interpretatie van serologie van het tekenencefalitisvirus moet vooral rekening worden gehouden met mogelijke kruisreactiviteit met andere flavivirussen en met het langdurig aantoonbaar kunnen blijven van IgM-antistoffen in serum. In dit artikel wordt de serologische diagnostiek van het tekenencefalitisvirus besproken.

(TIJDSCHR INFECT 2017;12(3):73-8)

Lees verder

Zes maanden valganciclovir voor congenitale cytomegalovirusinfectie?

TvI - jaargang 11, nummer 2, april 2016

drs. J.W. Wieringa , F.A.J. Schornagel , dr. J.L.A.N. Murk , dr. A.C.T.M. Vossen

Samenvatting

In de studie van Kimberlin et al werd geen significant verschil gevonden tussen het gehoor van neonaten (‘best-ear’-analyse) met een symptomatische congenitale cytomegalovirusinfectie die zes weken of zes maanden behandeld waren met valganciclovir. Er werd een bescheiden, maar significant verschil gevonden ten voordele van de zes maanden behandelde groep met betrekking tot het gehoor van het totaal aantal oren (‘total-ear’-analyse) bij 12 en 24 maanden. Ons advies blijft om neonaten met een klinisch evidente congenitale cytomegalovirusinfectie met afwijkingen in het centrale zenuwstelsel gedurende zes weken te behandelen met valganciclovir ter voorkoming van (progressie van) gehoorverlies. In individuele gevallen kan langere behandeling overwogen worden in overleg met een expert en ouders.

(Tijdschr Infect 2016;11(2):52-6)

Lees verder