Articles

Een nieuwe Nederlandse richtlijn voor malariadiagnostiek

TvI - jaargang 18, nummer 2, mei 2023

dr. FF. Stelma , dr. G.J.H. Bastiaens , dr. J. Hofstra , dr. Q. de Mast , I.C.A. Munnix , ing. B.G. Peereboom , dr. H. Russcher , dr. L.J. Wammes , prof. dr. M. van Vugt

SAMENVATTING

Malaria is een parasitaire infectie met een hoge morbiditeit en potentieel fatale afloop waardoor 24/7 diagnostiek noodzakelijk is. In Nederland heeft deze importziekte een lage incidentie. Laboratoriumdiagnostiek naar deze importziekte wordt slechts zelden aangevraagd. Deze nieuwe richtlijn beschrijft de randvoorwaarden voor malariadiagnostiek en doet suggesties voor technieken die voldoen aan deze randvoorwaarden. Malariadiagnostiek is zeldzaam en vraagt om goed opgeleide artsen en analisten. Dit kan het beste worden geborgd door regionale samenwerking tussen artsen en verschillende laboratoria.

(TIJDSCHR INFECT 2023;18(2):61–5)

Lees verder

Souvenir uit een ver verleden

TvI - 2022, nummer 4, september 2022

dr. M.G. Caris , dr. J. de Metz , drs. H.F.J. Thiesbrummel , dr. L.J. Wammes , J.E. Stalenhoef

SAMENVATTING

Strongyloïdiasis wordt veroorzaakt door Strongyloides stercoralis, een nematode die wordt overgedragen via contact met besmette aarde en die endemisch is in de (sub)tropen. Hoewel de meeste chronische Strongyloides-infecties asymptomatisch blijven door een proces dat gereguleerde auto-infectie wordt genoemd, kan er disregulatie optreden wanneer geïnfecteerde individuen immuungecompromitteerd raken. Dit kan leiden tot een hyperinfectie of gedissemineerde infectie die een zeer hoge mortaliteit kent. Dit artikel beschrijft een casus van een 51-jarige man die 42 jaar na zijn emigratie vanuit Suriname een fatale gedissemineerde Strongyloides-infectie ontwikkelde tijdens een behandeling met prednison voor een reuscelarteriitis. Hoewel sterk wordt aanbevolen om patiënten uit endemische gebieden voor de start van immuunsuppressiva te screenen op Strongyloides, is dat in deze casus helaas niet gebeurd.

(TIJDSCHR INFECT 2022;17(4):141–5)

Lees verder

Een universeel vaccin voor door muggen overgedragen infectieziekten?

TvI - jaargang 15, nummer 5, oktober 2020

dr. L.J. Wammes

(TIJDSCHR INFECT 2020;15(5):201)

Lees verder

Infectieziekten in historisch perspectief: kliniek, diagnostiek en therapie van syfilis

TvI - jaargang 14, nummer 4, augustus 2019

dr. R.W. Vreede , dr. M. van Westreenen , dr. L.J. Wammes

SAMENVATTING

Tot aan het begin van de 20e eeuw was syfilis, ook bekend onder de oorspronkelijke naam lues (venereum), een volksziekte die zich makkelijk verspreidde onder alle lagen van de bevolking. Sindsdien komt deze soa, die nog altijd in de taboesfeer verkeert, hoofdzakelijk voor bij mannen die seks hebben met mannen. De ziekte kent 3 stadia. Het eerste stadium wordt gekenmerkt door het ulcus durum op de plaats van besmetting. In het secundaire stadium kan de ziekte zich op allerlei manieren uiten, vandaar de naam ‘the great imitator’. Het meest kenmerkend zijn het gegeneraliseerde exantheem, ook op handpalmen en voetzolen, en condylomata lata. Het derde stadium uit zich veelal als neurosyfilis of cardiovasculaire syfilis, maar ook andere organen kunnen aangetast worden door zogeheten gummata. Hoeksteen van de diagnostiek zijn nog altijd de treponemale en non-treponemale antistoftesten. Tot de eerste groep behoren de TPHA/TPPA en FTA-absorptietest, die geleidelijk aan verdrongen zijn door enzymimmunoassays en immunoblot, gebaseerd op recombinant antigenen. De non-treponemale VDRL-test wordt gebruikt als maat voor activiteit van de ziekte en reactie op therapie. De middelen van eerste keus voor behandeling zijn penicillinederivaten, waarbij opvalt dat – voor zover bekend – resistentie zich niet heeft ontwikkeld.
(TIJDSCHR INFECT 2019;14(4):139-45)

Lees verder

Vaccineren tegen respiratoir syncytieel virus: huidige stand van zaken

TvI - jaargang 12, nummer 6, december 2017

dr. L.J. Wammes

SAMENVATTING

Infectie met het respiratoir syncytieel virus (RSV) leidt tot bronchiolitis die met name bij jonge kinderen ernstig kan verlopen. Sinds de jaren 60 van de vorige eeuw wordt aan vaccins gewerkt, wat onlangs is uitgebouwd naar verschillende klinische trials met meerdere vaccinkandidaten. Dit artikel rapporteert over een fase 1-studie met het RSV PreF-eiwit bij gezonde mannen. Het vaccin wordt veilig geacht en induceert een significante neutraliserende-antistofrespons. Het zal verder getest worden bij zwangeren. De klinische effectiviteit van de RSV-vaccins zal nog moeten blijken in fase 2- en 3-studies.

(TIJDSCHR INFECT 2017;12(6):215-6)

Lees verder

Trichuriasis, een vloek of een zegen?

TvI - jaargang 10, nummer 4, augustus 2015

dr. F.P.A. Jager , dr. J.J. van Hellemond , dr. L. Slobbe , dr. L.J. Wammes

Samenvatting

De zweepworm Trichuris trichiura is een darmparasiet met een wereldwijde prevalentie van een half miljard geïnfecteerde mensen. De meeste infecties zijn asymptomatisch, ernstige infecties kunnen complicaties geven als anemie, colitis of het Trichuris-dysenteriesyndroom. De prevalentie van parasitaire infecties blijkt negatief te correleren met het voorkomen van allergische aandoeningen. Dit valt onder de zogenoemde hygiënehypothese; door een regulatoir netwerk van immuuncellen en cytokines, dat ontstaat tijdens de chronische infectie, lijken parasitaire infecties zoals Trichuris trichiura een beschermend effect te hebben op allergische aandoeningen en auto-immuunziekten. In studieverband worden de eieren van Trichuris suis, de zweepwormsoort die varkens infecteert, ingezet tegen auto-immuunziekten zoals colitis ulcerosa, M. Crohn en multiple sclerose alsmede tegen allergische aandoeningen zoals astma en allergische rhinitis. Ook worden studies verricht om mogelijke uitscheidingsproducten te kunnen isoleren en zo nieuwe medicijnen te ontwikkelen. De recente ontwikkelingen brengen een paradox met zich mee; moet trichuriasis wel behandeld worden?

(Tijdschr Infect 2015;10(4):102-8)

Lees verder

Uw diagnose?

TvI - jaargang 9, nummer 5, oktober 2014

dr. L.J. Wammes , dr. R. Koeleweijn , dr. M. de Mendonça Melo , dr. J.J. van Hellemond , dr. L. Slobbe

(Tijdschr Infect 2014;9(5):154)

Lees verder