drs. L. Smid

Herziene LCI-richtlijn ziekte van Creutzfeldt-Jakob

SAMENVATTING

In januari 2024 is de herziene LCI-richtlijn Ziekte van Creutzfeldt-Jakob vastgesteld in het Landelijk Overleg Infectieziektebestrijding. De richtlijn geeft achtergrondinformatie over de verwekker, het ziektebeeld en de transmissie. Daarnaast geeft de richtlijn handvatten voor betrokken professionals over diagnostiek, het melden van de ziekte en maatregelen. De belangrijke wijzigingen in de LCI-richtlijn zijn de aangepaste diagnostiek en aangepaste meldingscriteria voor de ziekte van Creutzfeldt-Jakob (‘Creutzfeldt-Jakob disease’: CJD). Tegenwoordig wordt zelden tot nooit meer obductie gedaan om de diagnose CJD te stellen. In plaats daarvan wordt een ‘real-time quaking-induced conversion’ (RT-QuIC)-test gedaan op hersenvocht. Een positieve uitslag op een RT-QuIC-test, in combinatie met een klinisch beeld van progressieve dementie, is reden om een waarschijnlijke CJD te melden. Verder is de terminologie van CJD-vormen aangepast conform het gebruik in de internationale literatuur. De term voor de ‘klassieke vorm’ van CJD wordt niet meer gebruikt en is vervangen door ‘sporadische vorm’. De procedure voor het melden van CJD wijkt af van die van de meeste meldingsplichtige infectieziekten. Dit wordt toegelicht in de bijlage van de richtlijn, met een verduidelijking van de rollen en taken van de betrokken partijen.

(TIJDSCHR INFECT 2024;19(4):159–62)

Lees verder

De richtlijn Scabiës ten tijde van een epidemie

SAMENVATTING

Sinds enkele jaren is er een forse verheffing van het aantal scabiësgevallen in Nederland. Daarom is de richtlijn met spoed herzien via een versneld traject. De richtlijn bevat basisinformatie over scabiës en de wijze van overdracht. Daarnaast bevat de richtlijn aanbevelingen voor de preventie en bestrijding van uitbraken van scabiës, alsmede adviezen over de behandeling en hygiënevoorschriften die multidisciplinair zijn afgestemd. De richtlijn geeft daarmee handvatten voor de dagelijkse advisering aan de GGD-professional in het kader van het bestrijden van scabiës-uitbraken, alsmede adviezen voor de individuele behandeling en hygiënevoorschriften aan behandelaren. Naar aanleiding van aangetoond stigma en lijden onder personen met scabiës, is informatie over de psychosociale impact van scabiës toegevoegd aan de richtlijn. De ‘nucleic acid amplification test’ is eveneens als aanvullende diagnostische methode beschikbaar en kan bruikbaar zijn binnen en buiten instellingen als scabiës-behandeling grote implicaties heeft. Voor de behandeling is een smeerinstructie opgenomen aangaande de hoeveelheid te smeren crème, aan de hand van ‘fingertip units’. Daarnaast is het beleid bij het geven van borstvoeding en tegelijkertijd gebruik van scabicidemiddelen aangepast, waarbij permetrine nu gesmeerd kan worden bij lactatie. Met de herziene richtlijn is er een sterke basis gelegd om professionals goed uit te rusten voor de bestrijding van scabiës.

(TIJDSCHR INFECT 2024;19(3):114–6)

Lees verder

Samenvatting van de herziene LCI-richtlijn Bartonella henselae-infectie

SAMENVATTING

Bartonella henselae is een zoönose die wordt overgedragen via een geïnfecteerde kat door een met vlooienfeces gecontamineerde beet of krab. Na enkele dagen verschijnen lokaal papels, vervolgens vesikels en later crustae. Na 2 weken ontstaat een regionale lymfadenitis die soms kan abcederen. Bij immuuncompetente personen verloopt de infectie over het algemeen als een onschuldige ziekte die gepaard kan gaan met koorts en algehele malaise, maar vanzelf weer overgaat. Bij immuungecompromitteerde patiënten verloopt de infectie meer vasculoproliferatief, met een heterogeen ziektebeeld waarbij angiomen kunnen leiden tot lokale complicaties en sterfte kunnen veroorzaken. Directe diagnostiek met PCR op pus of weefsel is het sensitiefst om de infectie aan te tonen. De behandeling bestaat uit azitromycine 500 mg eenmalig per os, gevolgd door azitromycine 1 dd 250 mg gedurende 4 dagen. Indien sprake is van abcedering is aspiratie of drainage van pus aangewezen ter verlichting en verkorting van de klachten.
(TIJDSCHR INFECT 2020;15(4):153-4)

Lees verder

Procalcitonine om een virale van een bacteriële pneumonie te onderscheiden

Lees verder

Fataal niet-traumatisch gasgangreen door in een patiënt met neutropenie en een coecumproces

Samenvatting

Deze casus beschrijft een fataal beloop van een niet-traumatisch gasgangreen veroorzaakt door Clostridium (C.) septicum. Deze 63-jarige patiënte had typische predisponerende factoren. De klinische presentatie varieert sterk en de ziekte heeft een hoge mortaliteit. Dit artikel bespreekt de belangrijkste klinische kenmerken van spontaan gasgangreen door C. septicum.

(Tijdschr Infect 2013;8(6):197-201)

Lees verder