Articles

Kwaliteitsverbetering van allergieregistraties in het ziekenhuis: implementatie van de richtlijn Aanpak bij vermoeden van antibiotica-allergie

TvI - jaargang 19, nummer 1, maart 2024

drs. C. van der Worp , dr. L. Kuijpers , drs. J. Bank , drs. L. Dol , drs. M. Aantjes , T. Middelburg , dr. M. van der Beek , drs. E. van Zuuren , drs. B. Hendriks , prof. dr. L. Visser , dr. M. de Boer , dr. M.M.C. Lambregts

SAMENVATTING

Het merendeel van de antibiotica-allergieregistraties in patiëntendossiers is onjuist of onvolledig. Dit leidt tot onnodig afwijken van het antibioticum van eerste keuze, met negatieve gevolgen voor de patiënt en de maatschappij. Het doel van dit project was om de kwaliteit van antibiotica-allergieregistraties in het ziekenhuis te verbeteren met een simpele interventie. Volwassen patiënten die in het LUMC waren opgenomen met een geregistreerde antibiotica-allergie werden benaderd door het allergieteam. Een gestructureerde allergieanamnese werd afgenomen en dossieronderzoek werd gedaan. Voor elke allergieregistratie werd een aanbeveling voor toekomstig gebruik geformuleerd op basis van de SWAB-richtlijn Aanpak bij vermoeden van antibiotica-allergie. Deze werd gecommuniceerd met de patiënt en de betrokken zorgverleners. In totaal werden 311 antibiotica-allergielabels beoordeeld bij 238 patiënten. Na de interventie konden 134 (43,1%) van de 311 allergieregistraties compleet worden verwijderd. Bij 80% (250/311) van de registraties werd hernieuwde blootstelling aan het antibioticum toegestaan. Bij 200 (64%) registraties waren daarbij geen beperkingen voor toekomstig gebruik. Bij 48 (15%) registraties werd bij hernieuwde blootstelling medische supervisie aanbevolen. Voor 55 (23%) van de 238 patiënten werd een verwijzing voor allergietesten geadviseerd, wat neerkomt op 66 (21%) van de 311 registraties. Deze eenvoudige interventie maakt het mogelijk antibiotica-allergieregistraties te verbeteren. De implementatie van de nieuwe richtlijn voorkomt onnodig gebruik van tweedelijns-antibiotica, waardoor het een veelbelovend instrument is voor ‘antibiotic stewardship’.

(TIJDSCHR INFECT 2024;19(1):8–15)

Lees verder

Peritonitis tuberculosa: een snelle en betrouwbare laparoscopische diagnose

TvI - jaargang 7, nummer 6, december 2012

dr. M.M.C. Lambregts , dr. M.A. Alleman , dr. L.E.S. Bruijnesteijn van Coppenraet , dr. M.F. Boomsma , F.C.P. Moll , dr. P.H.P. Groeneveld

Samenvatting

Een 21-jarige Somalische man presenteerde zich met gewichtsverlies, koorts en ascites. De CT-scan toonde lymfadenopathie, verdikt omentum en nodulaire verdikking van het peritoneum. Bij laparoscopie werd een beeld passend bij peritonitis tuberculosa gezien. De Ziehl-Neelsen kleuring en ‘polymerase chain reaction’ voor Mycobacterium tuberculosis waren echter zowel voor ascites als voor weefselbiopten negatief. De patiënt herstelde na tuberculostatica. Enkele weken later werd Mycobacterium tuberculosis gekweekt uit ascites en peritoneumbiopten. Een snelle behandeling is van groot belang voor de prognose van patiënten met peritonitis tuberculosa. Door de aspecifieke symptomen van dit ziektebeeld kan echter vertraging in de diagnostiek optreden. De sensitiviteit van Ziehl-Neelsen is heel laag en ook de ‘polymerase chain reaction’ was in deze casus negatief. Diagnostische laparoscopie dient twee doelen. Ten eerste maakt het karakteristieke laparoscopische beeld in combinatie met de granulomateuze ontsteking een snelle diagnose mogelijk. Ten tweede kan materiaal afgenomen worden voor kweek en resistentiebepaling.

Lees verder

Progressieve neurologische uitval na een luchtweginfectie: het onderscheid tussen ADEM en meningitis

TvI - jaargang 7, nummer 3, juni 2012

dr. M.M.C. Lambregts , dr. W. Roukema , dr. A. Otten

Samenvatting

Een 23-jarige vrouw presenteerde zich met een neurologische uitval na een bovenste luchtweginfectie. Liquoronderzoek liet een hoog leukocytengetal zien, waarop de werkdiagnose bacteriële meningitis werd gesteld. Onder behandeling trad echter progressieve neurologische uitval op. Een MRI toonde demyelinisatie passend bij acute gedissemineerde encefalomyelitis (’Acute Disseminated Encephalomyelitis’; ADEM) aan. Hierop werd behandeld met methylprednislon, immunoglobulinen en plasmaferese. De patiënte herstelde voorspoedig. ADEM is een zeldzame immuungemedieerde aandoening, die meestal volgt op een infectie of vaccinatie en gekenmerkt wordt door demyelinisatie van het centrale zenuwstelsel. De aandoening heeft bij volwassenen onbehandeld een hoge morbiditeit en mortaliteit. Deze casus toont aan dat het klinisch beeld en in dit geval ook het liquoronderzoek moeilijk te onderscheiden kunnen zijn van een meningo-encefalitis. Een MRI-cerebrum moet worden overwogen bij patiënten met progressieve neurologische uitval, uitblijven van therapierespons, of een relatief laag liquorcelgetal. Een hoog liquorcelgetal sluit ADEM echter niet uit.

(Tijdschr Infect 2012;7:96-103)

Lees verder