Een van de meest verspreide parasieten ter wereld is Toxoplasma gondii, een protozoön die nagenoeg alle warmbloedige dieren waaronder de mens kan infecteren. Wereldwijd zou ongeveer een derde van de mensen chronisch geïnfecteerd zijn door T. gondii. Doorgaans zorgt zo’n infectie niet voor al te veel gezondheidsproblemen, maar bij kwetsbare personen kan toxoplasmose een ernstige, zelfs dodelijke ziekte zijn.
Toxoplasmose wordt ook wel ‘kattenkrabziekte’ genoemd omdat de kat de enige definitieve gastheer van T. gondii is. Bij mensen met een normaal functionerend immuunsysteem zorgt toxoplasmose doorgaans voor een asymptomatische of mild symptomatische infectie, maar bij mensen die een verminderde weerstand hebben is de ziekte veel gevaarlijker. Het gaat dan bijvoorbeeld om kankerpatiënten, mensen met HIV en mensen die vanwege een transplantatie immuunonderdrukkende medicatie moeten innemen. Ook voor zwangere vrouwen is toxoplasmose gevaarlijk, met een hoog risico op miskraam.
Effectieve geneesmiddelen tegen toxoplasmose zijn er nauwelijks. De middelen die er zijn, zijn enkel gericht tegen het stadium van de tachyzoïet (een aseksueel stadium met snelle groei). Maar er bestaat geen enkel geneesmiddel om de cysten in de weefsels uit te schakelen. Die blijven dan ook levenslang in het lichaam zitten. Mede daarom wordt er naarstig gezocht naar een vaccin.
Onderzoekers uit Ningbo, China hebben onlangs een kandidaat-DNA-vaccin onderzocht dat codeert voor de genen TgMIC5 en TgMIC16 van T. gondii, en uitgetest op muizen. De specifieke immuunrespons en de bescherming tegen de tachyzoïeten van T. gondii werden uitgebreid onderzocht met meting van de plasmaconcentraties van cytokines en antilichamen, de T-lymfocytenpopulaties, de vermenigvuldiging van de T-lymfocyten en de overleving. De bescherming tegen infectie door tachyzoïeten en cysten werd gemeten aan de daling van de hoeveelheid cysten in de hersenen.
Het bleek dat de gevaccineerde muizen significant hogere plasmaconcentraties van IgG, IFN-γ, IL-2, IL-12p70 en IL-12p40 hadden, en een significant hoger percentage CD4+ en CD8+ lymfocyten. Het experimentele vaccin verlengde de overleving van de muizen en verminderde de hoeveelheid cysten in de hersenen in vergelijking met een controlegroep. De muizen die geïmmuniseerd waren met een cocktail van twee genen (pVAX-MIC5 + pVAX-MIC16), waren beter beschermd (48,06%) dan de muizen die met slechts één van die genen waren geïmmuniseerd (respectievelijk 28% en 39,44%). De studie toont dus aan dat TgMIC5 en TgMIC16 een doeltreffende immuniteit opwekken tegen toxoplasmose en samen een goed kandidaat-vaccin zouden kunnen zijn ter preventie van toxoplasmose.
Referentie