OVERZICHTSARTIKELEN

Vergelijking van de derde generatie Determine antistof hiv-sneltest met de antistof detectie van de nieuwste vierde generatie Determine antigeen/antistof hiv-sneltest

TvI - jaargang 7, nummer 2, april 2012

dr. M.S. van Rooijen , dr. G.B. Linde , dr. M. Damen , dr. R.B. Geskus , dr. E.J.M. van Leent

Samenvatting

Patiënten met een verhoogd risico op hiv worden op de soa-polikliniek in Amsterdam getest met de derde generatie antistof hiv-sneltest (HIV 1/2-antistoftest Alere DetermineTM, Inverness Medical Innovations, Princeton NJ, Verenigde Staten). Deze test wordt binnenkort vervangen door de eerste op de markt te verkrijgen gecombineerde antigeen/antistof hiv-sneltest (vierde generatie hiv-sneltest; Alere DetermineTM, HIV1/2 Ag/Ab-Combo, Princeton NJ, Verenigde Staten). Door toevoeging van de antigeendetectie kan een hiv-infectie eerder worden aangetoond. Doel van dit onderzoek was het vergelijken van de werking van het antistof gedeelte van beide testen bij de hoog-risicopatiënten van de soa-polikliniek. In de routine zijn N=497 volbloedmonsters met zowel de derde als de vierde generatie hiv -sneltest getest. Een speciaal geselecteerd panel met N=200 bij -20°C opgeslagen serummonsters, is ook met beide testen getest. Van deze N=200 monsters waren op volbloed in de derde generatie antistof hiv-sneltest: N=75 negatief, N=75 positief en N=50 niet-interpreteerbaar (na confirmatie alle 50 hiv-negatief). Zowel op volbloed als op serum waren de sensitiviteit en specificiteit 100%. Het aantal hiv-sneltesten met de uitslag ’niet-interpreteerbaar’ was op volbloed ongeveer gelijk (de derde generatie: 0,6%, de vierde generatie: 0,8%) en op serum hoger in de vierde generatie hiv-sneltest (de derde generatie: 0,5%, de vierde generatie: 1,5%). De sensitiviteit en de specificiteit van de vierde generatie hiv-sneltest is hoog. In de praktijk van de soa-polikliniek is deze nieuwe test op volbloed een geschikte test voor het testen op hiv bij hoog-risicopatiënten.

(Tijdschr Infect 2012;7:53-6)

Lees verder

Ertapenem: achtergronden en klinische toepassing

TvI - jaargang 7, nummer 2, april 2012

dr. S. Vainio , dr. J.L.A.N. Murk , dr. Y.J. Debets-Ossenkopp

Samenvatting

Ertapenem (Invanz; Merck Sharp & Dohme bv) is een carbapenem antibioticum dat sinds 2003 in Nederland is geregistreerd voor de behandeling van: intra-abdominale infecties, buiten het ziekenhuis opgelopen pneumonie, acute gynaecologische infecties, infecties van de huid en weke delen van de voet (diabetische voet) en als profylaxe voor postoperatieve wondinfecties na electieve colorectale chirurgie. Het antibiotische spectrum van ertapenem is bijzonder breed en omvat gram-positieve en gram-negatieve aerobe en anaerobe bacteriën; enterokokken, meticillineresistente Staphylococcus aureus en non -fermenters, zoals Pseudomonas en Acinetobacter zijn echter resistent. Ertapenem is geschikt voor de behandeling van infecties met extended-spectrum beta-lactamasen producerende bacteriën. Vanwege zijn lange halfwaardetijd kan ertapenem eenmaal daags worden toegediend; dit kan zowel intraveneus als intramusculair, hoewel deze laatste vorm in Nederland niet is geregistreerd. Hierdoor kan ertapenem een belangrijke rol vervullen in de extramurale of ambulante behandeling van bovengenoemde infecties. De mogelijke effecten van grootschalig gebruik van ertapenem op resistentieontwikkeling tegen andere carbapenems dienen echter in acht genomen te worden.

(Tijdschr Infect 2012;7:57-65)

Lees verder

Veilig zwanger worden met hiv. Naar een Nederlands-Zwitsers standpunt

TvI - jaargang 7, nummer 1, februari 2012

dr. R.J. Hassing , dr. B.J. Rijnders , dr. M.E. van der Ende

Samenvatting

Ondanks de mogelijkheid om via de fertiliteitspoli op een veilige manier zwanger te worden, bestaat er onder veel hiv-serodiscordante heteroseksuele stellen de wens om op een natuurlijke manier zwanger te worden. Onder strikte omstandigheden wordt dit inmiddels door de Zwitserse Federale Commissie voor hiv en aids goedgekeurd. De momenteel beschikbare literatuur lijkt dit standpunt te ondersteunen, al zijn grote goed uitgevoerde studies nog beperkt. Onze mening is dat periodiek onbeschermd seksueel contact bij hiv-serodiscordante heteroseksuele koppels om zwanger te worden acceptabel is indien voldaan wordt aan de criteria die zijn opgesteld in het Zwitserse standpunt en andere voorwaarden die in dit artikel worden besproken.

(Tijdschr Infect 2012;7:7-12)

Lees verder

Infectieziekten in de bloedtransfusieketen: risico’s, kosten, baten en modellen

TvI - jaargang 7, nummer 1, februari 2012

dr. M.P. Janssen

Samenvatting

De Nederlandse bloedvoorziening behoort, onder meer door een reeks van verschillende veiligheidsmaatregelen, tot de veiligere binnen Europa. Voor het bepalen van de kosteneffectiviteit van deze veiligheidsmaatregelen zijn gegevens over de hele bloedtransfusieketen nodig. In de afgelopen jaren is hier uitgebreid onderzoek naar gedaan waardoor er op dit moment goede schattingen voor beschikbaar zijn. De gegevens over de bloedtransfusieketen maken het niet alleen mogelijk om kosten en effecten van bestaande veiligheidsmaatregelen te evalueren, maar ook om betere modellen te maken voor opkomende infecties die de veiligheid van de transfusieketen kunnen bedreigen. Dergelijke modellen dragen bij aan een transparantere en beter onderbouwde besluitvorming rondom de veiligheid van bloedtransfusie.

Lees verder

Chronische lymeziekte; een verwarrende entiteit

TvI - jaargang 7, nummer 1, februari 2012

prof. dr. J.W.R. Hovius , prof. dr. P. Speelman

Samenvatting

De term chronische lymeziekte is een verzamelnaam voor uiteenlopende ziekte-uitingen en leidt tot verwarring bij patiënten en artsen. De verschillende ziektebeelden die hier onder worden verstaan vereisen ieder een specifieke aanpak en het lijkt daarom niet raadzaam te spreken van chronische ziekte van Lyme. In dit artikel wordt uiteengezet wat door verschillende partijen wordt bedoeld met deze verwarrende term. Dit is meer dan louter een semantische discussie, aangezien deze specificering leidt tot betere classificering van lymepatiënten, meer duidelijkheid biedt ten aanzien van de indicatiestelling voor antibiotische therapie en daarmee tot meer gerichte en betere zorg voor lymepatiënten zorgt.

(Tijdschr Infect 2012;7:20-29)

Lees verder