OVERZICHTSARTIKELEN

De mogelijkheden van antistoffen bij hiv-preventie en behandeling

TvI - jaargang 14, nummer 6, december 2019

M.J. van Gils

SAMENVATTING

Ondanks tientallen jaren van wetenschappelijk onderzoek is er nog steeds geen vaccin tegen hiv gevonden. Hierdoor is steeds meer vraag naar alternatieve preventie- en behandelmogelijkheden en wordt ook gekeken naar de mogelijkheden van antistoffen. Preklinische en klinische studies laten zien dat een combinatie van hiv-specifieke neutraliserende antistoffen kan beschermen tegen infectie. Daarnaast kunnen de antistoffen het virus voor korte tijd onderdrukken na het stoppen van de reguliere hiv-behandeling. De effectiviteit is nog niet optimaal, maar er is optimisme door de verschillende zeer breed neutraliserende antistoffen die recentelijk zijn gevonden. De komende jaren moeten uitwijzen of dit optimisme terecht is en of deze antistoffen daadwerkelijk in de praktijk zullen worden gebruikt.

TIJDSCHR INFECT 2019;14(6):217-22)

Lees verder

Gecontroleerde humane infectiestudies

TvI - jaargang 14, nummer 5, oktober 2019

J.P.R. Koopman , M.A. Hoogerwerf , dr. M. Roestenberg

SAMENVATTING

Gecontroleerde humane infectiestudies, waarbij proefpersonen opzettelijk worden blootgesteld aan een pathogeen, hebben een grote bijdrage geleverd aan de kennis over de preventie, pathogenese en behandeling van infectieziekten. Voor verschillende infectieziekten zijn humane infectiemodellen ontwikkeld, waaronder voor malaria en influenza. Dergelijke studies zijn uitermate geschikt om vaccins of geneesmiddelen veilig en effectief te testen in een relatief kleine groep proefpersonen. Tevens bieden experimentele infectiestudies de unieke kans om de interactie tussen pathogeen en gastheer beter te bestuderen, omdat monsters van voor, tijdens en na infectie achtereenvolgens beschikbaar zijn. Kolonisatiestudies zijn een variatie op infectiemodellen, waarbij wordt gepoogd proefpersonen te koloniseren met een micro-organisme. Hierbij kunnen veranderingen in bijvoorbeeld het microbioom inzicht geven in de complexe micro-omgeving van het gastheeroppervlak. De ethiek van dergelijke studies is wereldwijd een veelbesproken onderwerp vanwege het invasieve karakter van sommige gebruikte micro-organismen en de inclusie van veelal gezonde proefpersonen. De wetenschappelijke kennis die wordt opgedaan bij gecontroleerde infectiestudies moet immers de risico’s voor proefpersonen rechtvaardigen. In Nederland worden in verschillende centra gecontroleerde humane infectiestudies uitgevoerd, onder andere op het gebied van malaria en schistosomiasis. Naar verwachting zullen in de komende jaren steeds meer modellen worden ontwikkeld.

(TIJDSCHR INFECT 2019;14(5):173-9)

Lees verder

Isavuconazol: een breedspectrumazool voor de behandeling van schimmelinfecties

TvI - jaargang 14, nummer special, oktober 2019

E.J. Smolders , dr. G.H.J. Wagenvoort

SAMENVATTING

Isavuconazol is een triazoolderivaat dat kan worden gebruikt voor de behandeling van invasieve aspergillose en is qua werkzaamheid vergelijkbaar met voriconazol. Isavuconazol heeft echter een gunstiger toxiciteitsprofiel dan voriconazol. Bij de behandeling van Candida-infecties is geen plaats voor isavuconazol, vanwege de betere werkzaamheid van echinocandinen bij deze infecties. Tevens kan isavuconazol worden gebruikt bij een verdenking op zygomycose, wanneer liposomaal amfotericine B onvoldoende effectief is.

Lees verder

Superinfecties bij influenza, een ongewoon seizoen?

TvI - jaargang 14, nummer 5, oktober 2019

C. van Arkel , dr. M.C.A. Wegdam-Blans , drs. A.R. Jansz , drs. P.L.M.L. Wielders , dr. J.M. Fonville

SAMENVATTING

De relatief lange influenza-epidemie van het seizoen 2017–2018 in Nederland werd, in vergelijking met eerdere jaren, gekenmerkt door een ongewoon hoge incidentie van influenza B. Het is bekend dat influenza gepaard kan gaan met ernstige superinfecties met een hoge morbiditeit en mortaliteit. Het absolute aantal superinfecties was hoger in het seizoen 2017–2018 dan in de voorgaande seizoenen, maar gecorrigeerd voor de grootte van de influenza-epidemie was de relatieve incidentie van superinfecties niet ongewoon.

(TIJDSCHR INFECT 2019;14(5):180-3)

Lees verder

Azoolresistentie bij , waar staan we nu?

TvI - jaargang 14, nummer special, oktober 2019

Drs. J.B. Buil , prof. dr. B.J. Kullberg , prof. dr. P.E. Verweij

SAMENVATTING

Triazolen vormen de hoeksteen van de behandeling van aspergillose. De toenemende azoolresistentie in Nederland en de verhoogde sterftekans bij patiënten die ondanks resistentie worden behandeld met voriconazol hebben er echter toe geleid dat bij de diagnostiek voor en empirische behandeling van invasieve aspergillose rekening moet worden gehouden met azoolresistentie. Azoolresistente stammen zijn voornamelijk afkomstig uit het milieu, waardoor ook bij patiënten zonder voorbehandeling met azolen rekening moet worden gehouden met resistentie. Indien een Aspergillus fumigatus-stam is geïsoleerd, wordt geadviseerd om op azoolresistentie te screenen of een ‘minimal inhibitory concentration’-test te verrichten. Om de detectie van azoolresistentie bij kweeknegatieve patiënten mogelijk te maken, zijn moleculaire technieken ontwikkeld die op klinisch materiaal direct resistentiemutaties kunnen aantonen. Als gevoeligheid nog niet bekend is, wordt geadviseerd om de behandeling te starten met voriconazol of isavuconazol, in combinatie met liposomaal amfotericine B of een echinocandine. Indien gevoeligheid voor voriconazol vervolgens wordt bewezen, kan worden gede-escaleerd naar voriconazol of isavuconazol. Bij aangetoonde azoolresistentie wordt geadviseerd te behandelen met liposomaal amfotericine B.

Lees verder

Gele koorts in Europa

TvI - jaargang 14, nummer 4, augustus 2019

J. Baan , dr. L. Slobbe

SAMENVATTING

Vandaag de dag komt gele koorts in Europa alleen voor als importziekte bij individuele patiënten. Nog maar enkele eeuwen geleden vond nabij sommige Europese havensteden lokale transmissie van gele koorts plaats na import van besmette muggen vanuit Zuid-Amerika. De vector die voor verspreiding zorgt, de mug Aedes aegypti, was in deze periode ook in delen van Europa gevestigd. Tegenwoordig komt de mug weer voor in delen van Oost-Europa en op Madeira en is hernieuwde vestiging elders in Europa niet onmogelijk, gelet op de huidige klimaatomstandigheden.

Door de uitbraken in de periode 2016–2018 in Brazilië was een stijging waarneembaar van het aantal importgevallen van gele koorts in Europa. In Brazilië bestaat de vrees voor een overgang van de gebruikelijke jungle-transmissiecyclus naar een urbane transmissiecyclus. Dit kan aanleiding geven tot grootschalige epidemieën vanwege een hoge bevolkingsdichtheid en een in sommige steden relatief lage vaccinatiegraad. Voor reizigers naar een gebied waar gele koorts endemisch is, is vaccinatie geïndiceerd, tenzij hiervoor een contra-indicatie bestaat.
(TIJDSCHR INFECT 2019;14(4):129-38)

Lees verder

Infectieziekten in historisch perspectief: kliniek, diagnostiek en therapie van syfilis

TvI - jaargang 14, nummer 4, augustus 2019

dr. R.W. Vreede , dr. M. van Westreenen , dr. L.J. Wammes

SAMENVATTING

Tot aan het begin van de 20e eeuw was syfilis, ook bekend onder de oorspronkelijke naam lues (venereum), een volksziekte die zich makkelijk verspreidde onder alle lagen van de bevolking. Sindsdien komt deze soa, die nog altijd in de taboesfeer verkeert, hoofdzakelijk voor bij mannen die seks hebben met mannen. De ziekte kent 3 stadia. Het eerste stadium wordt gekenmerkt door het ulcus durum op de plaats van besmetting. In het secundaire stadium kan de ziekte zich op allerlei manieren uiten, vandaar de naam ‘the great imitator’. Het meest kenmerkend zijn het gegeneraliseerde exantheem, ook op handpalmen en voetzolen, en condylomata lata. Het derde stadium uit zich veelal als neurosyfilis of cardiovasculaire syfilis, maar ook andere organen kunnen aangetast worden door zogeheten gummata. Hoeksteen van de diagnostiek zijn nog altijd de treponemale en non-treponemale antistoftesten. Tot de eerste groep behoren de TPHA/TPPA en FTA-absorptietest, die geleidelijk aan verdrongen zijn door enzymimmunoassays en immunoblot, gebaseerd op recombinant antigenen. De non-treponemale VDRL-test wordt gebruikt als maat voor activiteit van de ziekte en reactie op therapie. De middelen van eerste keus voor behandeling zijn penicillinederivaten, waarbij opvalt dat – voor zover bekend – resistentie zich niet heeft ontwikkeld.
(TIJDSCHR INFECT 2019;14(4):139-45)

Lees verder