Tijdens het onlangs gehouden Europese congres voor spoedeisende geneeskunde (EUSEM) presenteerden onderzoekers van het Aarhus Universitair Ziekenhuis in Denemarken bevindingen over de hoge sterftecijfers bij patiënten met sepsis, gepubliceerd in een prospectieve studie onder leiding van Dr. Finn E. Nielsen. Uit de resultaten bleek dat de helft van de sepsis-patiënten binnen twee jaar na opname in de spoedeisende hulp overleed. De studie omvatte 714 volwassen patiënten en bracht belangrijke risicofactoren voor sepsis-gerelateerde sterfte in kaart.
De onderzoekers ontdekten dat de kans op overlijden na sepsis aanzienlijk toenam bij factoren zoals gevorderde leeftijd, dementie, hartziekten, kanker en eerdere ziekenhuisopname vanwege sepsis binnen zes maanden voorafgaand aan de huidige opname. Elke toename van één levensjaar verhoogde het sterfterisico met 4%. Een eerdere diagnose van kanker verdubbelde het risico (121%), ischemische hartziekte verhoogde het risico met 39%, dementie verhoogde het risico met 90%, en een eerdere sepsisopname binnen zes maanden verhoogde het risico met 48%.
De Wereldgezondheidsorganisatie (WHO) benadrukte in een rapport uit 2020 al de noodzaak voor langdurige prospectieve studies naar de uitkomsten van sepsis, omdat eerdere onderzoeken sterk varieerden in opzet, gegevensbronnen en definities van sepsis. Deze variaties bemoeilijkten de schattingen van sepsis-incidentie en sterfte. Dr. Nielsen, specialist in spoedeisende geneeskunde, cardiologie en interne geneeskunde, richtte in 2017 de sepsis-onderzoeksafdeling op en startte dit onderzoek om aan die kennisbehoefte te voldoen.
De Deense onderzoekers selecteerden in totaal 2.110 patiënten met vermoedelijke infecties die werden opgenomen in de spoedeisende hulp tussen oktober 2017 en maart 2018, waarvan er uiteindelijk 714 sepsis ontwikkelden. Voor het nauwkeurig volgen van de sterftecijfers maakten ze gebruik van de Deense registersystemen, waarin actuele sterftegegevens van alle Deense burgers beschikbaar zijn. Na een mediane opvolgperiode van twee jaar bleek dat 361 patiënten met sepsis (50,6%) waren overleden door diverse oorzaken, waaronder sepsis.
Het gebruik van een specifiek sepsis-databasesysteem met prospectief verzamelde gegevens verminderde de kans op fouten en bood een gedetailleerder beeld vergeleken met vaak gebruikte routine-registraties. Dit methodologische voordeel zorgde voor nauwkeurigere inzichten in de effecten van sepsis op de lange termijn.
De onderzoekers concluderen dat deze risicofactoren dienen als belangrijke signalen voor zorgverleners om extra aandacht te geven aan het informeren, opvolgen en controleren van sepsis-patiënten. Dr. Nielsen benadrukt dat het herkennen van sepsis als een ernstige ziekte met hoge sterfte cruciaal is voor effectieve patiëntenzorg. De studie wijst echter ook op de noodzaak van verder onderzoek in grotere, multicentrische studies, om zo een vollediger epidemiologisch beeld te verkrijgen van sepsis-gerelateerde uitkomsten en de invloed van fysieke, mentale en cognitieve stoornissen op sterfterisico’s.
Hoewel de onderzoekers verschillende risicofactoren identificeerden die tijdens de nazorg de aandacht verdienen, bleek de voorspellende waarde van het model voor langetermijnsterfte ontoereikend. Voor de klinische praktijk is daarom aanvullend onderzoek nodig naar andere potentiële voorspellers, zoals complicaties die zich na ontslag kunnen voordoen.
Referentie
Naar boven