
In 2023 kregen meer mensen in Nederland een ziekte waartegen gevaccineerd wordt vanuit het Rijksvaccinatieprogramma (RVP) dan in 2022. Vooral het aantal kinkhoestbesmettingen is geexplodeerd, van 129 in 2022 tot 2894 in 2023. Een belangrijke reden voor het lage aantal besmettingen in 2022 zijn de coronamaatregelen die in een deel van dat jaar nog golden, zoals afstand houden.
In het RVP-surveillancerapport staat hoe het in Nederland gaat met de dertien infectieziekten waartegen vanuit het RVP gevaccineerd wordt. Het rapport beschrijft hoe ernstig de ziekten zijn en hoe goed de vaccinaties werken. Dat gebeurt door bijvoorbeeld na te gaan hoeveel mensen ziek zijn geworden en hoeveel mensen naar het ziekenhuis moesten. Het rapport vergelijkt deze cijfers met dezelfde cijfers uit eerdere jaren en uit andere landen.
Kinkhoest, bof en difterie kwamen in 2023 vaker voor dan in 2022. Vooral bij kinkhoest nam het aantal meldingen enorm toe: van 129 in 2022 tot 2.894 in 2023. Deze stijging zette zich in de eerste vier maanden van 2024 door tot ongekende hoogte. Kinkhoest kwam het vaakst voor bij kinderen tot 12 maanden en tieners.
Het aantal gevallen van mazelen was met zeven meldingen vergelijkbaar met 2022. Maar ook hierbij nam in de eerste vier maanden van 2024 snel toe tot 75. De meeste meldingen kwamen uit de regio Eindhoven.
Meningokokkenziekte kan hersenvliesontsteking of bloedvergiftiging veroorzaken. Het aantal mensen met meningokokkenziekte was in 2023 hoger dan in 2022, maar nog iets lager dan voor de coronapandemie. Het merendeel van de gevallen kwam, net als eerdere jaren door een besmetting met de meningokokbacterie type B. De vaccinatie tegen dit type is niet opgenomen in het RVP. In het RVP beschermt de vaccinatie tegen de typen A, C, W en Y. Binnen deze typen is het aantal gevallen gestegen, van zeven naar twaalf.
In het rapport staat ook informatie over infectieziekten waar wel vaccins voor bestaan, maar waartegen nog niet gevaccineerd wordt vanuit het RVP, zoals het RS-virus (Respiratoir Syncytieel virus).
Vanaf 1 januari 2024 krijgen baby’s een vaccin tegen het rotavirus als ze 6 tot 9 weken oud zijn. Als ze 3 maanden oud zijn, krijgen ze de tweede enting. Ook krijgen baby’s die na 1 januari 2024 zijn geboren de vaccinaties tegen onder andere kinkhoest en pneumokokken een maand later: met 12 maanden in plaats van met 11 maanden. Vanaf 1 januari 2025 zijn er nog drie vaccinatiemomenten gewijzigd.
Referentie
Download het gehele rapport van het Rijksvaccinatieprogramma (pdf, Engelstalig)