Door: dr. A.H.E. Roukens
Druk op de afspeelknop om de tekst voor te lezen.
Deze keer leest u mijn laatste voorwoord als voorzitter van de hoofdredactieraad van TvI. Vanaf januari zal Sonja van Roeden deze taak vervullen. U weet wel: diegene die in de vorige editie schreef over haar ervaringen als internist-infectioloog op Sint Maarten, waar cruiseschepen als drijvende verpleeghuizen aanmeren en hun allerzieksten op de oever afzetten. En dan zeg ik het nog netjes. Het is om te huilen en te lachen natuurlijk. Dat huilen en lachen geldt ook voor de inhoud van dit tijdschrift: klinisch ingestoken met vaak ernstige casuïstiek, maar tegelijkertijd ook met het doorzettingsvermogen van de behandelaren. Even een aantal pagina’s doorbladeren en dan… gelukkig, er is een diagnose gesteld.
Of moeten we daar vanaf, dat we maar blijven doorzoeken tot we die ene zeldzame diagnose hebben? Gaan al die inspanningen voor één individu of één micro-organisme niet ten koste van een grotere groep met een makkelijker op te lossen probleem? Het lastige is dat we de afgelopen decennia werden opgeleid om steeds die witte raaf te vinden. Daar gaat nu verandering in komen, met een geneeskundecurriculum dat zich steeds meer gaat richten op preventie, en daarnaast ook met de stromen (oudere) patiënten die op ons af gaan komen.
Sowieso blijft de kloof groot tussen wat we kunnen aan precisiegeneeskunde en wat we doen aan het verminderen van de grootste ziektelast. Vaak loop ik van een overleg met collega’s over bijvoorbeeld de eigengereide virulentiefactoren van een bacterie of de nieuwste nog niet verkrijgbare (en ook vooral nog niet uitspreekbare) antifungale middelen naar de verpleegafdeling. Daar staat dan een bord op een patiëntenkamer met de tekst: ‘U ligt in het ziekenhuis’. Ik kan niet ontkennen dat mijn mondhoeken daarvan iedere keer weer omhoog krullen.
Net als van de columns die in de voorgaande jaren door Karlijn van Halem en dit jaar door Jaap van Dissel zijn geschreven. De column in deze editie is bijna te spannend om waar te zijn en herinnert me weer aan hoe waanzinnig mooi ons werk is. Op alle vlakken kunnen we stralen: het leven van kinderen met luchtweginfecties beter maken, bio-terrorisme op tijd opsporen, een pandemie de baas worden, die patiënt met koorts uit de tropen juist behandelen, een scabiës-uitbraak onder controle krijgen, en jonge onderzoekers en artsen in opleiding een plek geven om te schrijven over hun ontdekkingen.
Ik wil dan ook afsluiten met in de eerste plaats alle auteurs te bedanken voor hun interessante en onmisbare bijdragen, en uiteraard de lezers voor hun betrokkenheid bij TvI. Ik ga me laten verrassen door de nieuwe edities die ongetwijfeld weer al die verschillende aspecten van de infectieziekten (inclusief preventie) in de wereld zullen belichten, en mijn mondhoeken voor zich laten spreken.
Met vriendelijke groet,
dr. A.H.E. Roukens,
Voorzitter hoofdredactieraad